Geweldig idee, natuurlijk. Je nodigt veertien kunstenaars
uit, van divers pluimage, geeft ze een wand van honderd vierkante meter in een
openbare tentoonstellingsruimte en koppelt daaraan de opdracht om binnen twee
weken gezamenlijk een panorama op te leveren. Maakt niet uit wat, de opdracht
is verder helemaal vrij. De enige restrictie: je mag niet ongevraagd over het
werk van een ander heen schilderen.
Dit vindt nu allemaal plaats in het Kennemer Theater in
Beverwijk, in de mooie ronde tentoonstellingsruimte. De ronde ruimte leent zich
ook heel vanzelfsprekend voor de
opdracht: een panorama. De bouwploeg van Young Art heeft rondom een dertigtal
houten panelen neergezet en witgeschilderd: asjeblieft schilders, en nu aan het
werk.
Dan komt natuurlijk de vraag: wat gaat er gebeuren? Alles is
vrij. Het bestuur van KeK heeft natuurlijk wel mooi aangekondigd, dat alles
‘losjes’ is geïnspireerd op het Parijs van 1919 met zijn Salons en jury’s, die
de beste schilders en schilderijen van die tijd verkozen en tentoonstelden.
Alleen, toen werden de werken nog ingebracht, hier bij KeK wordt het live
geschilderd. Zeven dagen lang, uitgesmeerd over twee weken. Onderliggende
vragen vallen genoeg.
Is het een wedstrijd wie de beste schilder is van deze
veertien? Hebben we te maken met twee of drie, vier kampen? Zoeken verwante
schilders elkaar op, is het figuratief tegenover abstract, verhalend tegenover
beschouwend, jong tegenover oud?
Aan het begin van week 1, toen alles nog in maagdelijk wit
op de tentoonstellingspanelen blonk, hadden de meeste kunstenaars nog geen
idee. Ja, leuk om mee te doen, maar lang niet iedereen kende elkaar.
‘Ja, van die jonkies heb ik nog niet zoveel gezien. Wie zijn
dat eigenlijk?’. ‘Ik weet nog niet zo goed wat die ouwe mannen maken, Ik ken hun
werk nog niet zo. Moet ik nog even opzoeken’.Ook een veelgehoorde opmerking,
van jong en oud:’ Ik ga er blanco in.’
Kunst beleven. ‘Beleven’ is hét woord van deze tijd. Zelfs
het nieuwe Rijks Museum profileert zich in de pr naar de opening als een museum
waar de schilderijen ‘beleefd’ kunnen worden. We kijken niet meer als
buitenstaander, we zijn onderdeel van het geheel en mogen vooral geen
buitenstaander blijven. Alles is beleving. We mogen het allemaal meemaken. Het gaat om het proces. Of zoals KeK stelt:
“Das Ziel ist Ernst, der Weg humorvoll”. En met Ziel bedoelen ze natuurlijk
‘doel’, niet ziel.
Week 1, dag 0, de
aftrap
Ruimte maken,
samenwerken, autonoom of delen.
Niet iedereen kent elkaar. Voorafgaand heeft KeK op
woensdagavond een avondmaal bereid voor de kunstenaars. Aan een lange, gedekte
tafel hebben de kunstenaars zich geschaard, veertien in totaal. Een ieder pakt
en schikt zich in zijn rol. Aan de kopse kanten zit het bestuur van KeK,
verantwoordelijk voor de selectie van de kunstenaars en de maaltijd, aan de
andere kant de bouwploeg van Young Art, die de tentoonstellingsruimte heeft
omgetimmerd tot een veertiensmansatelier, inclusief werkvloer. Alvorens de
witte panelen van onder tot boven onder handen worden genomen spreken de
kunstenaars over de opzet van het totaalwerk. Eerst zachtjes en zich bijna
verontschuldigend, allengs steeds luider en eigenwijzer. ‘Ik wil een eigen paneel en ik wil mijn eigen
werk maken’. ‘Ja, dan kan je net zo goed het paneel mee naar huis nemen en over
twee weken inleveren’. Bij de aftrap is al snel duidelijk dat men het over werk
en werkwijze nog lang niet eens is. Dan staat een van de kunstenaars (in rood
overall) opeens op en doet een poging tot consensus: ‘kijk, ik heb hier een
werktekening. Als we het eens zus en zo aanpakken dan kijken we volgende week
in welke staat we verkeren en hoe we dat dan tot in de finesses kunnen uitwerken’.
Er wordt instemmend geknikt maar nauwelijks geluisterd. Het gros van de
kunstenaars herhaalt eerdere standpunten. Uiteindelijke conclusie: we gaan
morgen beginnen en dan zien we wel hoe het loopt.
Week 1, dag 1
Als ik om een uur of drie binnenkom is de eerste groep al
volop aan de slag. Rechts een kleurenexplosie van Dirck Nab, daarnaast het
Noorderlicht van Ernie Gerrits. Twee stukken die zich al met elkaar verzoend
lijken te hebben. Aan de andere kant het zich langzaam ontvouwende landschap
van Rob van der Schoor. Even verderop, in grote vlakken, het anekdotische werk
van Marije Gertenbach en Evelien Andree Wiltens. Daarnaast brengt Josje Peters langzaam maar trefzeker de eerste
diagonale patronen aan waarop of waarover haar werk komt te staan. Marije en
Evelien nodigen deze eerste dag een naaktmodel uit om te poseren.
Arno Bleeker saust het wit van het paneel in een stemmig
grijs waarover hij met diepzwart een intrigerend schimmenspel tekent. Aan het
andere eind heeft Frits Klaver zijn panelen geel gekleurd. In dezelfde tinten
schetst Suzanne Slings fragiel een doorkijkje in de kamer van haar oma: ‘Zo zat
ze er altijd bij als ik bij haar op bezoek was geweest. Altijd ditzelfde
beeld.’ Het panorama krijgt zijn contouren. Links het verhaal, rechts de verf.
Week 1, dag 2
Frank Kraaijeveld heeft zich inmiddels in het kleurgeweld
gemengd, pal tussen Ernie Gerrits en Evelien en Marije. Naast Dirck Nab heeft
Jan Kroeze een paarse meteoriet of iets dergelijks toegevoegd aan de kleurexplosie. Alles wordt
op rechts keurig in evenwicht gehouden door het landschap van Rob van der
Schoor: een stuk land van waaruit de rest van het kleurgeweld zich lijkt te
ontrollen. Op links is Erik Meijer ook voortvarend aan de slag gegaan met een Keemansiaans zeegezicht: grijs,
donker, tikkeltje onheilspellend, veel diepte, wat wonderwel matcht met het
werk van Arno Bleeker en het roodzwart van Josje Peeters. Evelien en Marije
hebben inmiddels voor de derde keer hun tafereel herschilderd.
Week 1, dag 3
‘Braaf hoor. Iedereen blijft braaf op zijn eigen stukje
schilderen.’ Tjarko van der Pol lijkt ietwat geïrriteerd over dit schilderen
binnen de lijnen. Hij wil meer: buiten de eigen ruimte stappen, het duel
aangaan. Met zijn grieperige lijf heeft hij een paar plekken op de panelen van
anderen geclaimd, waar hij met tape en witte verf zijn eigen verbindingen wil
gaan aanleggen. ‘Het moet wel ergens een geheel worden’. Intussen krijgt Dirck Nab wat blauw van Rob
van der Schoor. Marije Gertenbach schildert de oma van Suzanne Slings. Josje
Peters duwt het tafereel van Marije en Evelien wat meer op z’n plaats. Frits
Klaver begint met schuren en plamuren. Het geheel is nu al een genot om naar te
kijken. Maar hoe houdt iedereen zich nog een week staande? De piketpaaltjes
zijn geslagen. De strijd kan beginnen.
Volgende week meer.
Reacties
Een reactie posten