Poëtisch, was het woord dat bij de opening van de tentoonstelling van Dik Box veelvuldig viel. Wat viel er anders van te zeggen? Daarop de vraag: wat zie jij erin? Ja, wolken. Of een spel met lijnen en licht. Kinetische kunst, mompelde iemand, maar het beweegt niet. Een beetje glazig kijkend en welwillend glimlachend stonden de bezoekers in de tentoonstellingsruimte zich iets van een houding aan te meten bij de vage objecten die daar roerloos in de ruimte hingen. Wat wil die Dik Box hier nou eigenlijk mee, vroeg ik me af. Is het wel poëtisch? Ja, als je daarmee dromerig bedoelt. Maar dat soort poëzie is snel over zijn houdbaarheidsdatum heen. Een keer lezen en klaar. Het idee is prijsgegeven. En Diks objecten lijken hier op de voorjaarstentoonstelling hetzelfde lot toebedeeld. Er hangt kippengaas dat in ronde vormen is gebogen, rondingen die in elkaar opgaan of uitdijen, zoals wolkenpartijen. Om alles meer effect te geven is het object in een vervreemdend soort blacklight ge